verder.
terug.

-44-

Er werd niet veel geschoten. Ik ging die nacht bij Juul in bed slapen omdat ik het op de begane grond gevaarlijk vond. Bij ons in de buurt zaten nog Duitse soldaten die ons bang maakten. Maar ach arm, later hadden ze zelfmoord gepleegd.

 

Waarom zagen we toch niks? Het bleek dat de eerste dag de Amerikanen niet verder kwamen als het station. Het was een gevecht van man tot man. De Duitsers moesten allemaal uit de kelders gehaald worden. Maar het was nog maar een handje vol.

 

Op 3 maart durfden Marius en ik toch naar buiten te gaan. We kwamen niet verder dan de Sint Martinuskerk. Toen werden we door de Amerikanen teruggestuurd. Ik natuurlijk naar Juul alles vertellen. En dat ik écht onze bevrijders gezien had. Juul popelde van ongeduld om ook naar buiten te gaan. Met veel moeite kon ik een krakkemikkige rolstoel bemachtigen. Het was prachtig weer. Wij probeerden op de Straelseweg te komen. Op het hoekje waar nu Apotheek Jaspers is gevestigd. Daar konden we staan. We keken onze ogen uit, allemaal tanks, legerwagens met een grote ster. Ze trokken naar Duitsland. Aan de overkant stonden Engelse en Amerikaanse officieren druk te praten. Het waren hoge pieten zo te zien. En opeens zagen we Mont Gommery.